De schoentjes van Noor

Uit: De schoentjes van Noor

'NOOR. NOO-OOR!' Ik hang over de balustrade. 'Waar ben
je?'
Beneden klinkt muziek. Met een vaart roetsj ik de trap af.
De deur van de woonkamer staat open en ik zie de rug van
Noor. Ze wipt van de ene voet op de andere: hop, hop,
draaien. En ze klapt in haar handen. Ene voet, andere
voet, hop, hop, draaien …
Noor danst. Met haar mooie nieuwe schoentjes aan.
Ik sta meteen achter haar en schuif vlug enkele stoelen
opzij. Pantoffels uit, op kousenvoeten. Want ik heb geen
schoentjes.
Ene voet, andere voet, hop, hop, draaien … O, ik wil
dansen! Net als de balletdansers in de films die mama
ons heeft laten zien. Die dansen prachtige verhalen, mama
heeft ze ons verteld. Over een man die een pop levend
wil maken, over een zielig meisje dat van haar boze stiefzussen
al het vuile werk moet opknappen, over een prins
die met een zwaan wil trouwen, of was het een prinses?
Ach, ik wil alleen maar dansen zoals de dansers die ik zag.
Sierlijk, op de toppen van mijn tenen, alsof ik zweef. En
het verhaal, dat verzin ik zelf wel.